Nu de Vlaamse voedingsgroep Vandemoortele haar sojadivisie Alpro aan het Amerikaanse bedrijf Dean Foods heeft verkocht, en dus opnieuw een mooi stuk bedrijfsleven in vreemde handen zal komen, wil ik van de gelegenheid gebruik maken om mijn ongenoegen neer te pennen over de afwezigheid van een verankeringsdebat in dit land. Niemand kan toch ontkennen dat de combinatie ‘globalisering’ en ‘economische crisis’ ervoor zorgt dat steeds meer Belgische, Vlaamse bedrijven in vreemde handen vallen. In Franse handen vooral. Niet alleen in België, maar in de ons omringende landen zorgt het beleid er wel voor dat kernsectoren en economische vlaggenschepen een anker wordt toegeworpen.
In Nederland bijvoorbeeld zorgt men er bijvoorbeeld via de techniek van de stichting administratief kantoor voor dat het stemrecht van de Nederlandse aandeelhouders niet verwatert na een (eventueel buitenlandse) kapitaalverhoging.
Steeds meer economen en commentatoren van het economisch gebeuren in België stellen zich vragen bij de overname van steeds meer grote bedrijven. Energie, auto en textiel om maar die sectoren te vernoemen. Zo stelt de voorzitter van de Vlerick Managment School in Trends (11.06.2009): “Buitenlandse overnames worden echter een probleem als de acquisitiebalans negatief uitvalt. Als er jaar na jaar veel meer buitenlandse overnames zijn van onze bedrijven en er veel minder Vlaamse bedrijven op het overnamepad gaan over de grens, krijg je een onevenwicht”. Een voorbeeld van het dreigend onvenwicht? “Trends berekende in 2003 dat in België de industriële werkgelegenheid voor meer dan 50% een buitenlandse aangelegenheid is. Bij de voornaamste handelspartners is dat slechts 10 tot 20%”.
Waarom België dan overnames juridisch, fiscaal, enzovoort, niet veel moeilijker maakt? Dezelfde Louis Verbeke, voorzitter van Vlerick: “In Franstalig België is er veel weerstand tegen verdedigingsmechanismen (…) Bovendien heeft francofoon België minder een probleem met de overnames van grote bedrijven door Franse groepen. Ze beschouwen de Fransen als een bevriende relatie. Meer nog: door hun alliantie met Franse kapitaalgroepen behouden ze hun positie bij de Belgische decision makers”.
Ook de verankering van strategisch belangrijke en noodzakelijke bedrijven moest dus allang het voorwerp uitmaken van debat op het hoogste Vlaamse niveau. Zijn we opnieuw roepende in de woestijn? Misschien kan ik met een positieve noot afsluiten: het verankeringsdebat overstijgt blijkbaar de links-rechts-tegenstellingen. Zo heeft de linkse, maar ongebonden auteur Jürgen Elsässer een boek geschreven waarin hij de natie opvoert als mogelijk alternatief voor de globalisering. Titel en coördinaten: Elsässer, Jürgen, “Nationalstaat und Globalisierung. Als Linker vor der Preussischen Gesellschaft”, Manuscriptum Verlagsbuchhandlung Thomas Hoof KG, Walltrop und Leipzig, 2009, 101 pagina’s.
POLITIEKE COLUMN:
Wegens beëindiging van mijn politiek mandaat wordt deze blog niet langer bijgewerkt.
Oudere bijdragen blijven online staan.