In vele Europese landen hanteert men sedert geruime tijd de regel dat overheidsfuncties – ook topfuncties – eigenlijk moeten worden toevertrouwd aan de mensen die het best geschikt zijn voor de job. En eigenlijk zou dat de norm moeten zijn in alle beschaafde landen, en in alle overheidsdiensten.
België blijkt de Middeleeuwen echter nog niet ontgroeid. Alles hangt hier trouwens vast aan elkaar, en men krijgt almaar meer de indruk dat dat ook de bedoeling is. Knoop alles aan alles vast en je maakt het voor mensen (of politieke partijen) die het systeem willen veranderen, extreem moeilijk.
Een voorbeeld? De federale regering nam onlangs de beslissing om de mandaten van de leden van de rulingdienst, de zogenaamde Dienst Voorafgaande Beslissingen (DVB), niet te verlengen. De reden hiervan geeft ons De Tijd (12.11.2009): “Er was niet in een evaluatiemethode voorzien voor de collegeleden. Een onvoorwaardelijke verlenging van de mandaten leek de regering daarom geen goed idee”.
Aha, denk je dan: “ze” hebben het begrepen, “ze” gaan er eindelijk werk van maken en deze rulingdienst eindelijk samenstellen alléén op basis van bekwaamheid en geschiktheid voor de functie. En “ze” gaan het aantal functies misschien verminderen?
Mis, poes, zoals alweer De Tijd leert: “Verwacht wordt dan 5 (vijf dus, i.p.v. 4) collegeleden zullen worden aangeduid, aangezien de regering bestaat uit 5 partijen”. Veel kandidaten komen trouwens recht uit de ministeriële kabinetten afkomstig te zijn. Zo is er iemand uit het kabinet van minister Van Quickenborne, iemand uit het kabinet van minister Milquet, en hebben natuurlijk de 4 collegeleden zich opnieuw kandidaat gesteld.
Heerlijk land, België. Wat jij?
POLITIEKE COLUMN:
Wegens beëindiging van mijn politiek mandaat wordt deze blog niet langer bijgewerkt.
Oudere bijdragen blijven online staan.