Vlaanderen en de Vlaamse Beweging hebben tientallen jaren
hard moeten vechten – men mag het gerust bijna letterlijk nemen – om hun taal,
om de taal van de meerderheid van dit land, te doen respecteren. Het Frans was
immers bijna genetisch voorbeschikt was om de taal van de heersers te zijn,
herinnert u de historische woorden van kardinaal Mercier.
En nu komt de EU zich met alles en nog wat moeien. Even de
feiten op een rijtje: een arbeidsrechtbank wendde zich tot het Europees Hof van
Justitie. In een arrest stelt dit Hof dat het Vlaams Taaldecreet “in een
grensoverschrijdende context” onverenigbaar is met het vrij verkeer van
werknemers.
Professor arbeidsrecht en ondertussen emeritus Roger
Blanpain heeft nog een aantal bijkomende en nog meer verontrustende vragen uit
dit arrest: “Het Hof deed alleen uitspraak over een arbeidsovereenkomst, maar
wat met alle andere sociale documenten? Moet een onderneming dan in 20 talen of
meer werken? Hoe moet de sociale inspectie dat controleren?” (De Tijd, 17 april
2013)
Sommige politieke partijen mogen dan nog wel het heilig
EU-vuur voelen branden, het mijne is ongeveer gedoofd. Onze taalwetgeving is
(misschien) strijdig met het vrije verkeer van goederen en personen, en zoals
geweten mag aan dit heilig liberaal axioma van het vrije verkeer niet worden
getornd, ook niet als de eigen cultuurgemeenschap er stilaan door wordt
gewurgd. Voor een nationalist is het vrije verkeer van goederen, personen en
kapitaal ondergeschikt aan eigen taalwetgeving en andere beschermende maatregelen
voor cultuur en identiteit. Ik hoop dat N-VA haar EU-positie nog eens goed
overdenkt…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten