Dat West-Europa, dat Vlaanderen en de Nederlanden aan een
razend tempo verkleuren en dat er blijkbaar tot hier toe weinig doortastende
maatregelen werden genomen, blijkt nog eens uit de officiële cijfers. Het
jaarverslag Migratie 2011 bijvoorbeeld zoals het werd voorgesteld door het
zogenaamd Centrum voor Gelijkheid van Kansen en voor Racismebestrijding (CGKR).
Uit die cijfers blijkt in 2010 een migratie van niet minder
dan 140.000 vreemdelingen. Als we hiervan het vertrek van vreemdelingen
aftrekken, komt men nog op een ‘positief saldo’ van 84.809. Is dat even
schrikken? Jazeker, dit blijven bijzonder explosieve aantallen.
Nog meer verontrustend is het feit dat het in 42,5% gaat om
gevallen van gezinshereniging, terwijl het EU-gemiddelde 29,5% bedraagt. In
Nederland is dat 39,6%, in Duitsland 44,5 en in Frankrijk 42,5%. Verontrustende
percentages niet alleen voor België dus, maar ook voor de ons omringende
landen.
Ook minder hoopgevend is het aantal verblijfstitels dat om
studieredenen wordt afgeleverd: in België in 2010 slechts 5.695, of 8,44% van
het totaal aantal. In onze buurlanden zijn die percentages veel hoger: 25% voor
Duitsland, 32% voor Frankrijk, bijna 20% voor Nederland en 37% voor
Groot-Brittannië.
De vervreemding neemt aan snel tempo toe, de druk op de
sociale uitgaven – en dus op de sociale zekerheid – neemt toe, en de verarming
voor een groot deel van onze Vlaamse bevolking wenkt om de hoek. Traditionele
politici zijn machteloos, want met handen en voeten gebonden aan allerlei
Belgische evenwichten en machtsmechanismen. De verandering kan dus alleen van
ons komen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten