Uit cijfers van de Minister van Werk, mevrouw Monica De
Coninck (sp.a), in antwoord op mijn schriftelijke vraag blijkt dat de
gemiddelde loonkloof tussen mannen en vrouwen geleidelijk aan afneemt. In 2009
bedroeg het gemiddeld bruto maandloon 3.027 euro, verdiende de man gemiddeld
3.105 euro en de vrouw 2.785. Voor de mannen bedroeg het loon dus gemiddeld
2,5% hoger dan het bruto maandloon, voor de vrouwen gemiddeld 9% lager. In 2011
bedroeg de spanning tussen het gemiddeld bruto maandloon voor mannen ten
opzichte van het algemeen gemiddelde nog 2%, voor de vrouwen gemiddeld 6%.
Als we de jaarlonen analyseren, valt de hoge loonspanning
tussen mannen en vrouwen vooral in de privésector op: in 2010 een spanning tot
36%, ongeacht of het nu gaat om arbeiders dan wel om bedienden. In de publieke
sector bedraagt de spanning 19% bij de contractuelen (vooral te maken met het
feit dat veel vrouwen er deeltijds werken) en daalt ze tot 10% voor wat betreft
de statutairen.
Vooral wat betreft de uurlonen stelt de Minister vast dat de
loonspanning fors afneemt, vooral op het niveau van de publieke sector.
Contractuele mannen hebben gemiddeld 3% meer loon dan vrouwen, maar vrouwelijke
statutairen verdienen gemiddeld 4% meer dan hun mannelijke collega’s.
Terwijl vrouwen in het Vlaams Gewest en het Waals Gewest
nagenoeg hetzelfde gemiddeld bruto maandloon hebben, is er wat betreft mannen
een veel duidelijker verschil, en is er dus een hogere loonkloof zichtbaar in
het Vlaams Gewest (een loonkloof die is gedaald van 12 naar 10% in 2011). In
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest waar de gemiddelde bruto maandlonen veel
hoger liggen dan in de rest van België, bedraagt de loonkloof nog steeds 12%,
in het Waals Gewest is dat slechts 5%.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten