Waarom zou men het uitroepen van een Vlaamse republiek
moeten zien als het ‘opsluiten in een autonome republiek’, als men
tezelfdertijd België bestrijdt omdat het Vlaanderen opsluit. N-VA zit in een
gevaarlijke cirkelredenering gevangen, en die perceptie wordt bij mij alleen
maar groter als ik het interview met minister Geert Bourgeois lees.
In eerste instantie wordt hij geconfronteerd met de
tegenstrijdigheid tussen zijn eigen stelling dat Vlaanderen alle bevoegdheden
moest krijgen (de facto en de jure wordt het dan onafhankelijk) en het
terugfluiten ervan door De Wever en Weyts. Waarop Geert Bourgeois – nochtans
een verstandig man – zegt dat eens Vlaanderen alle bevoegdheden het zal kunnen
beslissen wat het nog samen wil doen met de andere deelstaten. Maar waarom
éérst onafhankelijk worden, om dan in een tweede fase opnieuw afstand te doen
van die onafhankelijkheid en opnieuw in een Belgische constructie te stappen,
waarvan je zelf het nefaste als politieke partij jarenlang hebt bestreden?
Volgens Bourgeois is niet het overhevelen van àlle
bevoegdheden naar Vlaanderen een coperniciaanse omwenteling, maar wel het
confederale model. Wie kan nog volgen? De slogan “België barst” wordt door
dezelfde N-VA-minister daarom ook consequent terzijde geschoven: “Maar wees
gerust, we zullen België niet laten barsten. We zijn al te zeer bezorgd om de
werkgelegenheid en om de toekomst en de welvaart van onze regio. We willen de
Vlamingen niet in een avontuur storten”.
Vlaamse onafhankelijkheid? Het was eigenlijk maar om te
lachen.
De boodschap na jarenlange strijd in de voorposten van de
Vlaamse Beweging: iets méér daadkracht bij de Vlamingen zou voorwaar niet
schaden, wel integendeel!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten